dinsdag 17 november 2009

NAAR DE GROSSER MÜGGELSEE




Zondag 15 november 2009
Eindelijk weer eens een dag met goede weersvooruitzichten. Dus besluiten we te doen wat Berlijners op dit soort dagen ook doen: erop uit naar de meren rond de stad. Toen de stad nog verdeeld was zochten de West-Duitsers hun vertier rond de 'Grosser Wannsee' en de Oost-Berlijners trokken naar de 'Grosser Müggelsee'. Wij volgen vandaag het spoor van de Oost-Duitsers. Ruim een half uur met de S-Bahn richting Polen, dat wil zeggen naar Bahnhof Warschauerstrasse en dan verder tot Friedrichshagen. Onderweg passeren we stations met prachtige namen als Rummelsburg, Karlshorst, Wuhlheide en Hirschgarten.
Langzaam verandert ook het landschap: na het centrum met zijn monumenten en bezienswaardigheden komen de gruwelijk saaie buitenwijken van Oost-Berlijn. In korte tijd uit de grond gestampte woongebieden met voor onze begrippen veel te kleine woningen, maar in de DDR moest je tevreden zijn met wat je kreeg toegewezen. Troosteloze wijken als Treptow, Rudow, Lichtenberg, Biesdorf en Marzahn, waar je zeker geen toeristen zult tegenkomen.
Na de soms in vrolijke kleuren opgeleukte flatgebouwen, worden de huizen lager en komt er meer groen in beeld. Bossen in prachtige herfstkleuren. We volgen min of meer de kronkelingen van de rivier de Spree, die uitkomt in de Grosser Müggelsee, het grootste meer van Berlijn en heel populair bij dagjesmensen.
Frederik de grote
We zijn dan ook niet de enigen die in Friedrichhagen uit de S-bahn stappen en volgen klakkeloos de wandelaars door de brede hoofdstraat van het door niemand minder dan 'Friedrich der Grosse' gestichte stadje. Tegenover de kerk, gebouwd in dezelfde rode baksteen als het ‘Rote Rathaus’ in het centrum van Berlijn, staat dan ook een standbeeld van de grote man van Friedrichshagen. Verder kun je goed zien dat men hier op het dagtoerisme is ingesteld: veel bakkers, die op zondag open zijn en de klanten binnenlokken met 'Kaffee und Kuchen'. Ik herken in de interieurs, het assortiment en de lagere prijzen nog de sporen van het oude Oosten. De winkels met kleine etalages en aan de gevel in sierlijke schuine letters ‘Fein-Bäckerei’, ‘Blumen’, of ‘Textilien’. Maar iets verderop zit ook het moderne ‘casino’, want de tijd heeft niet stilgestaan. Al lijkt het daar bij het meer aangekomen weer wel een beetje op. Langs de oevers liggen oude restaurants, hotelletjes en biertuinen. Ja zelfs een complete bierbrouwerij van BBB ('Berlin Bürger Brau'). Tussen de herfstbladeren in de biertuinen zitten mensen aan het bier of aan de maaltijd, en er vaart zelfs een verdwaalde zeilboot voorbij in de monding van de Spree. Zomers varen hier de veerboten heen en weer en moet het een paradijs zijn voor watertoeristen, maar het seizoen is voorbij. Daarom geen boten op het water en alleen wandelaars en fietsers langs de oevers en in de bossen rondom.
IJsbaan
Wij lopen via een groot aquaduct onder de Spree door naar de andere oever en volgen het spoor van de dagjesmensen door het mooie herfstbos en genieten van de fraaie doorkijkjes naar het meer. Na een klein half uur komen we aan in 'Rübezahl', een aan de rand van het bos en het meer gelegen grote uitspanning, met zomers de gelegenheid om bootjes te huren of via de grote aanlegsteiger met een veerboot naar Friedrichshagen te varen. Nu is naast het grote restaurant een enorme witte partytent opgebouwd met daarin als attractie een ijsbaan. Hele families hebben een paar knaloranje schaatsen gehuurd en zwieren met elkaar over het ijs. En daarna een lekker ijsje, want daar zijn de Duitsers gek op. Wij nemen een andere Duitse specialiteit: ‘Eintopfsuppe’, een maaltijdsoep die staat als een huis in je maag.
Het weerhoudt ons er niet van om weer langs de oever van de Grosser Müggelsee terug te wandelen en dan langs de Spree richting Berlijn naar 'Alt Köpenick'. Een plaats met een geschiedenis. Het verhaal wil dat hier ooit een zwerver, verkleed als kapitein van het leger met wat vrienden het stadhuis binnenviel en er met de gemeentekas vandoor ging. Het al dan niet waargebeurde verhaal van Der Hauptmann von Köpenick is opgetekend en verfilmd (in 1956), met Heinz Rühman in de hoofdrol. Voor het stadhuis herinnert een standbeeld nog aan de ‘Hauptmann’ en een Köpenicker vertelt me dat nog steeds 1x per jaar de geschiedenis wordt nagespeeld rond het stadhuis. Omdat het vroeg donker wordt houden wij Köpenick snel voor gezien, stappen in de S-bahn, terug naar onze vertrouwde contreien in Berlin Tiergarten.
Tatort
Op de TV vandaag veel aandacht voor de dood van Robert Enke, de doelman van het Duitse nationale elftal die zich deze week voor de trein gooide. Had al jaren psychische problemen en raakte in een depressie na de dood van zijn 2-jarige dochtertje een paar jaar geleden. In het stadion van Hannover 96, de voetbalclub waarvan hij de vaste doelman was, was vanmiddag een herdenkingsbijeenkomst waar 35.000 man op waren afgekomen en die live op TV werd uitgezonden. Ik vermoed dat er een paar miljoen mensen naar hebben zitten kijken. En vanavond kijken ze vanavond waarschijnlijk allemaal weer naar Tatort, de nog altijd waanzinnig populaire 'krimi-serie'. Bijna dagelijks is er een aflevering op de Duitse TV te zien is. De openingsbeelden met ‘schietschijf’ zijn nog steeds dezelfde zijn als in de jaren tachtig, maar de verschillende omroepen maken nu hun eigen ‘Tatorts’, opgenomen in verschillende steden en met verschillende commissarissen.
Deze avond is de hoofdcommissaris een 'mevrouw', maar het concept is nog altijd hetzelfde: er is een moord gepleegd en die moet binnen de uitzendtijd van anderhalf uur worden opgelost. Ik zit erbij en kijk ernaar en ondertussen gaan mijn gedachten terug naar de ultieme Duitse politiecommissaris, maar die heette ‘Derrick’ en werd altijd gespeeld door de vertrouwde Horst Tappert, met zijn vaste assistent ‘Harry’. Intussen is ‘Derrick’ is alweer een tijdje dood en ook Harry heb ik nooit meer teruggezien op de TV. Maar net als Derrick blijft Tatort in Duitsland een begrip. Dat dacht ook de slimme Berlijnse stadshistoricus Carl-Peter Steinmann, die deze week een boek uitbracht over beroemde Berlijnse gangsters en moordenaars en die zijn boek een aansprekende titel meegaf: Tatort Berlin.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten